Kant-en-klare sondevoeding
Wanneer is sondevoeding nodig?
Door ziekte, een operatie, medicatie of een behandeling is het mogelijk dat patiënten geen of onvoldoende voedsel kunnen opnemen. Sondevoeding kan ervoor zorgen dat men toch de nodige voedingstoffen en energie binnenkrijgt om ondervoeding te voorkomen. Sondevoeding kan een aanvulling vormen op de gewone dagelijkse voeding of kan de enige voedselbron zijn.
Wat is sondevoeding?
Sondevoeding is volwaardige, dunne voeding die zo vloeibaar is dat ze via een flexibel slangetje, de sonde, rechtstreeks in het maag-darmkanaal gebracht wordt. Ze bevat alle noodzakelijke voedingsstoffen, zoals energie, koolhydraten, eiwitten, vetten, mineralen en water. Er bestaan verschillende soorten sondevoedingen, afgestemd op de verschillende behoeften van de patiënt. De arts of diëtist bepaalt welke soort voeding voorgeschreven wordt, rekening houdend met de situatie van de patiënt en de voedingsbehoeften.
Soorten sondevoeding
Sondevoeding is een gesteriliseerd product dat kant-en-klaar verpakt is in een zak of fles van 500, 1000 of 1500 ml. Er zijn ook een aantal soorten in poedervorm beschikbaar. Dit kan handig zijn voor op reis of om de concentratie van de voeding naar wens aan te passen.
Kant-en-klare sondevoeding gebruiken
Vloeibare kant-en-klare sondevoeding wordt steriel geleverd en heeft een uiterste houdbaarheidsdatum (UHD), die steeds gerespecteerd moet worden. Na opening kan de voeding in de afgesloten originele verpakking maximaal 24 uur gekoeld bewaard worden. Raadpleeg altijd de vermeldingen op de verpakking.
Sondevoeding toedienen
De sondevoeding kan op drie manieren toegediend worden:
- Continu toedienen: de patiënt krijgt de sondevoeding druppelsgewijs (bijna) de hele dag door.
- Intermitterend toedienen: de patiënt krijgt een dagdeel sondevoeding en de rest van de dag kan hij of zij zelf eten en drinken.
- Per portie toedienen: de patiënt krijgt een aantal keer per dag sondevoeding toegediend.
Tijdens het toedienen van sondevoeding kan een voedingspomp gebruikt worden om de toediensnelheid te bepalen. Sondevoeding kan vaak ook thuis gebruikt worden.